Image
Buren op straat Bankaplein

Sociale cohesie

Samenvatting

Een derde van de panelleden van het Utrechtse Bewonerspanel heeft vertrouwen in de toekomst. Waar aan het begin van de coronaperiode nog 68% van de panelleden meer saamhorigheid in de samenleving ervaarde, is dat in januari 2023 nog 5%. De meest recente cijfers (2021) laten zien dat de sociale cohesie in de buurt toeneemt en vertrouwen in de medemens gelijk blijft t.o.v. 2019. 

In het kort

Kerncijfers
  2019 2020* 2021 2022*
% inwoners dat het moeilijk vindt om hoopvol te zijn over de toekomst van de buurt 20 - 27 -
% inwoners dat het moeilijk vindt om hoopvol te zijn over de toekomst van Utrecht 20 - 28 -
% inwoners dat het moeilijk vindt om hoopvol te zijn over de toekomst van Nederland 27 - 40 -
score maatschappelijk welbevinden** 7,8 - 7,6 -
% inwoners dat zich gediscrimineerd voelt 16 - 17 -
score sociale cohesie*** 5,8 - 6,0 -
% inwoners (zeer) eens met: over het algemeen zijn de meeste mensen wel te vertrouwen 72 - 72 -
% inwoners (zeer) eens met: je kan niet voorzichtig genoeg zijn in de omgang met anderen 24 - 27 -
* In 2020 en 2022 is geen gemeentelijke Inwonersenquête afgenomen. Deze enquête houden we elke twee jaar. In 2024 zijn nieuwe cijfers beschikbaar.
** Score maatschappelijk welbevinden is gebaseerd op de volgende stellingen: mensen zoals ik hebben het slecht in Nederland, de samenleving accepteert me niet echt, in deze samenleving ben ik niet belangrijk en mensen zoals ik voelen zich achtergesteld in Nederland.
*** Score sociale cohesie is gebaseerd op de volgende stellingen: de mensen in deze buurt kennen elkaar niet zo goed, de mensen in deze buurt gaan op een prettige manier met elkaar om, ik voel me prettig bij de mensen in deze buurt, ik woon in een gezellige buurt en mensen uit mijn buurt gaan veel met elkaar om.
Bron: Inwonersenquête, gemeente Utrecht

Utrechters minder hoopvol over de toekomst 

In 2021, in tijden van corona, bleek dat Utrechters minder hoopvol over de toekomst zijn dan in 2019. Dat geldt voor zowel het hoopvol zijn over de toekomst van Nederland, Utrecht en de buurt. Het aandeel Utrechters dat moeite heeft om hoopvol te zijn over de toekomst van Nederland neemt toe van 27% in 2019 naar 40% in 2021. Met de hoop over Utrecht en de buurt is het beter gesteld, al zien we daar ook een negatieve ontwikkeling. Zo is het aandeel Utrechters dat het moeilijk vindt om hoopvol te zijn over de toekomst van Utrecht en van de buurt toegenomen van beide 20% in 2019 naar respectievelijk 28% en 27% in 2021. Inwoners van Overvecht en Zuidwest geven vaker dan gemiddeld aan dat ze het moeilijk vinden om hoopvol te zijn over de toekomst van hun buurt. Inwoners van Noordoost en Oost geven dit minder vaak aan. Daarnaast zijn inwoners in oudere leeftijdsgroepen hier vaker pessimistisch over dan jongeren.

In het Utrechtse Bewonerspanel is gevraagd naar wat de gebeurtenissen in de wereld (oorlog in Oekraïne, hoge energieprijzen, klimaatverandering, e.d.) doen met panelleden. Het aandeel panelleden dat vertrouwen in de toekomst heeft daalt naar 32% in januari 2023. In twee eerdere metingen tijdens corona lag dit aandeel ongeveer twee keer zo hoog. Panelleden met een ongunstigere financiële situatie hebben minder vaak vertrouwen in de toekomst.

Infogram URL

Gevoel van meer saamhorigheid in de samenleving blijft afnemen

Aan het begin van de coronaperiode was te zien dat het gevoel van saamhorigheid in de samenleving hoog was. 58% van de Utrechtse leden van het Bewonerspanel gaf in april 2020 aan meer saamhorigheid in de samenleving te ervaren. In de peilingen daarna neemt dit aandeel af en in januari 2023 ervaart nog 5% meer saamhorigheid in de samenleving. Het grootste deel van de panelleden (69%) ervaart niet meer saamhorigheid.

Infogram URL

Maatschappelijk welbevinden neemt af (2021)

Gedurende de coronaperiode is het maatschappelijk welbevinden afgenomen van een score 7,8 (2019) naar 7,6 (2021). Relatief meer Utrechters geven aan dat ze het gevoel hebben in deze samenleving niet belangrijk te zijn en dat de samenleving hen niet echt accepteert. Dit zijn twee van de vier stellingen waarmee we maatschappelijk welbevinden meten (een score die ligt tussen 1 en 10). We zien hierin grote verschillen in de stad. Utrechters met basisonderwijs of vmbo-opleiding (hoogst behaald), inwoners die precies of slecht kunnen leven van hun inkomen en Utrechters met een lichamelijke of psychische beperking komen uit op een lager maatschappelijk welbevinden dan gemiddeld in de stad. In de wijk Overvecht ligt het maatschappelijk welbevinden lager dan gemiddeld, in West, Noordoost, Oost en Binnenstad juist hoger.

17% voelde zich gediscrimineerd in de 12 maanden ervoor (2021)

Ten opzichte van 2019 lijkt dit aandeel gelijk gebleven in 2021, maar als we verder terugkijken zien we dat het aandeel over de jaren toeneemt (14% in 2018). Inwoners van Overvecht voelen zich vaker gediscrimineerd dan gemiddeld in Utrecht, inwoners van Noordoost en Oost minder vaak. Jongere leeftijdsgroepen, inwoners met een lichamelijke of psychische beperking, inwoners die precies of slecht kunnen leven van hun inkomen en inwoners met een havo-, vwo- of mbo-opleiding (hoogst behaald) ervaren vaker discriminatie dan gemiddeld in Utrecht. De meest genoemde discriminatiegrond is huidskleur, etniciteit of afkomst en de meest genoemde plekken zijn op straat en op werk, stage of tijdens een sollicitatie. Vergeleken met 2019 geven iets meer Utrechters aan discriminatie te ervaren op de woningmarkt (van 1% naar 3% in 2021). Het Verwey Jonker Instituut deed onderzoek naar discriminatie bij woningverhuur in de gemeente Utrecht. Verder leest u meer informatie over discriminatie onder kinderen, jongeren en jongvolwassenen in de Volksgezondheidsmonitor.

Ook Utrechters in een kwetsbare situatie (panel Meetellen) zijn gevraagd naar hun ervaring met discriminatie. 31% van de panelleden voelde zich in het afgelopen jaar gediscrimineerd. Als redenen voor discriminatie noemen zij het vaakst hun psychische aandoening, gevolgd door huidskleur of afkomst. In focusgroepen geven panelleden vooral aan dat ze buitengesloten worden vanwege hun psychische aandoening of dat ze niet worden aangenomen bij (vrijwilligers)werk.

Art. 1 Midden Nederland is een expertisecentrum voor gelijke behandeling en discriminatiezaken. Zij voeren onder andere de klachtbehandeling uit van discriminatiemeldingen van inwoners uit de provincie Utrecht. Art. 1 Midden Nederland ontving in 2022 239 discriminatiemeldingen van Utrechtse inwoners. Dit is minder dan in 2021 (268 meldingen) en 2020 (352 meldingen), maar meer dan in 2019 (176 meldingen). De gemelde voorvallen hebben niet uitsluitend in de stad Utrecht plaatsgevonden, maar betreffen ook andere plaatsen. Als we kijken naar de discriminatiemeldingen die uitsluitend in de stad Utrecht hebben plaatsgevonden (ongeacht de woonplaats van de melder), waren dat in 2022 265 meldingen. In 2021 waren dit 269 meldingen, in 2020 237 meldingen en in 2019 172 meldingen.

Sociale cohesie is toegenomen (2021)

Op meer lokaal niveau zien we positieve ontwikkelingen. Het aandeel inwoners dat vindt dat 'mensen in deze buurt op een prettige manier met elkaar omgaan' is toegenomen van 69% in 2019 tot 73% in 2021. Ook geven meer mensen aan dat de mensen in de buurt veel met elkaar omgaan en voelen meer Utrechters zich prettig bij de mensen in de buurt. Minder inwoners zeggen dat mensen in de buurt elkaar niet zo goed kennen (van 47% in 2019 naar 44% in 2021). Deze stellingen liggen ten grondslag aan de score voor sociale cohesie (een score tussen 1 en 10). De score sociale cohesie is toegenomen van 5,8 in 2019 naar 6,0 in 2021. Niet overal in de stad is de score voor sociale cohesie even hoog, het varieert van een 4,9 in Tuinwijk tot een 6,8 in Oog in Al. Het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) schrijft in haar rapport 'Burgerperspectieven 2021 - kwartaal 4' eveneens dat samenleven in de buurt beter gewaardeerd wordt dan samenleven in Nederland.

Verschillen in de stad naar vertrouwen in medemens (2021)

72% van de Utrechters is van mening dat over het algemeen de meeste mensen wel te vertrouwen zijn (2021). Dit aandeel is vergelijkbaar met de periode vóór corona (2019). We zien verschillen in de stad als het gaat om vertrouwen in de medemens. Inwoners van Overvecht en Leidsche Rijn vinden relatief minder vaak dat de meeste mensen wel te vertrouwen zijn dan gemiddeld in Utrecht. Inwoners van Noordoost, Oost en Binnenstad vinden dit relatief juist vaker dan gemiddeld. Utrechters met basisonderwijs of een vmbo-opleiding en Utrechters met een havo-, vwo- of mbo-opleiding vinden minder vaak dan gemiddeld dat de meeste mensen wel te vertrouwen zijn. Het gaat hier om de hoogst behaalde opleiding. Dit geldt ook voor mensen met een lichamelijke of psychische beperking en mensen die precies of slecht kunnen leven van hun inkomen. Daarnaast is ook de stelling voorgelegd dat je niet voorzichtig genoeg kunt zijn in de omgang met anderen. Het aandeel Utrechters dat zich hierin kan vinden, is toegenomen van 24% in 2019 naar 27% in 2021. Meer informatie over vertrouwen in de landelijke en lokale overheid is te lezen in het hoofdstuk Vertrouwen in overheid.

Infogram URL

In de Monitor Brede Welvaart van het CBS is ook aan inwoners gevraagd naar vertrouwen in anderen. Utrecht is een stad met een redelijk hoog vertrouwen, dat blijkt uit de 5e plek op een ranglijst van 196 deelnemende gemeenten. Utrecht staat ruim boven de overige G4-gemeenten.

Aandeel inwoners dat het (zeer) eens is met de volgende stellingen:
  2019 2020* 2021 2022*
de mensen in deze buurt kennen elkaar niet zo goed** 47 - 44 -
de mensen in deze buurt gaan op een prettige manier met elkaar om** 69 - 73 -
ik woon in een gezellige buurt** 57 - 60 -
de mensen in deze buurt gaan veel met elkaar om** 25 - 30 -
ik voel me prettig bij de mensen die in deze buurt wonen** 62 - 64 -
mensen zoals ik hebben het slecht in Nederland*** 5 - 6 -
de samenleving accepteert me niet echt*** 5 - 6 -
in deze samenleving ben ik niet belangrijk*** 11 - 12 -
mensen zoals ik voelen zich in Nederland achtergesteld*** 8 - 9 -
In 2020 en 2022 is geen gemeentelijke Inwonersenquête afgenomen. Deze enquête houden we elke twee jaar. In 2024 zijn nieuwe cijfers beschikbaar.
** Deze stellingen liggen ten grondslag aan de score sociale cohesie.
*** Deze stellingen liggen ten grondslag aan de score maatschappelijk welbevinden.
Bron: Inwonersenquête, gemeente Utrecht
Aandeel inwoners dat zich in de afgelopen 12 maanden gediscrimineerd heeft gevoeld
  2019 2020* 2021 2022*
vanwege huidskleur, etniciteit of afkomst 9 - 9 -
vanwege geslacht  3 - 4 -
vanwege seksuele oriëntatie 2 - 2 -
vanwege leeftijd 3 - 3 -
vanwege handicap 1 - 1 -
vanwege geloof 3 - 3 -
In 2020 en 2022 is geen gemeentelijke Inwonersenquête afgenomen. Deze enquête houden we elke twee jaar. In 2024 zijn nieuwe cijfers beschikbaar.
Bron: Inwonersenquête, gemeente Utrecht
Aandeel inwoners dat zich in de afgelopen 12 maanden gediscrimineerd heeft gevoeld op de volgende locatie:
  2019 2020* 2021 2022*
buiten op straat 9 - 8 -
school/universiteit 2 - 2 -
werk/stage/sollicitatie 6 - 7 -
horeca en uitgaan 3 - 4 -
winkels 3 - 4 -
sportclub 1 - 1 -
overheid (bijv. gemeente, UWV) 2 - 3

-

openbaar vervoer 2 - 2 -
woningmarkt 1 - 3 -
social media 2 - 3 -
ergens anders 2 - 3 -
In 2020 en 2022 is geen gemeentelijke Inwonersenquête afgenomen. Deze enquête houden we elke twee jaar. In 2024 zijn nieuwe cijfers beschikbaar.
Bron: Inwonersenquête, gemeente Utrecht

Publicatiedatum: 16-05-2023