Vluchtelingen
Samenvatting
Begin 2024 wonen 2.738 statushouders in Utrecht, 80 meer dan een jaar eerder. In 2023 heeft Utrecht 434 statushouders gehuisvest, terwijl de taakstelling op 676 lag. Daarmee begint Utrecht de aanzienlijke opgave voor 2024 met een achterstand van 243 statushouders. In 2022 en 2023 kwamen ook veel vluchtelingen uit Oekraïne naar Utrecht. Begin 2024 stonden bijna 1.500 Oekraïense vluchtelingen ingeschreven in de BRP van Utrecht.
In het kort
- Aantal statushouders in 2023 licht toegenomen
- Veel statushouders uit Syrië, Eritrea en Afghanistan
- Landelijke asielinstroom toegenomen
- Veel vluchtelingen uit Oekraïne
- Taakstelling 2023 hoger dan voorgaande jaren
- Monitor Inburgering
2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|
aantal erkende vluchtelingen/statushouders in Utrecht op 1 januari | 3.064 | 3.072 | 2.287 | 2.262 | 2.659 | 2.738 |
aantal statushouders met vergunning bepaalde tijd | 2.734 | 2.409 | 1.645 | 1.698 | 2.048 | 2.169 |
aantal statushouders met vergunning onbepaalde tijd | 330 | 663 | 642 | 564 | 611 | 569 |
achterstand huisvestingsopgave op 1 januari | -10 | 23 | 79 | 171 | -116 | 243 |
taakstellingsopgave huisvesting statushouders (excl. achter-/voorstand) | 236 | 239 | 497 | 478 | 792 | 384* |
aantal te huisvesten statushouders (incl. achterstand) | 226 | 262 | 576 | 649 | 676 | 627* |
aantal gehuisveste statushouders | 203 | 183 | 405 | 765 | 434 | - |
Aantal statushouders in 2023 licht toegenomen
Mensen die naar Nederland komen om hier asiel aan te vragen, krijgen een voorlopige verblijfsvergunning of een afwijzing. Een asielzoeker die een voorlopige verblijfsvergunning ontvangt, krijgt officieel de status van vluchteling, ook wel statushouder genoemd. Op 1 januari 2024 zijn er 2.738 statushouders in de Basisregistratie Personen (BRP) van Utrecht geregistreerd. Dit aantal is exclusief statushouders die inmiddels zijn verhuisd naar een andere gemeente of genaturaliseerd. Het aantal statushouders is in 2023 licht toegenomen, maar ligt nog onder het niveau van 2019 en begin 2020, toen het boven 3.000 uitkwam.
Veel statushouders uit Syrië, Eritrea en Afghanistan
Van de 2.738 statushouders die begin 2024 in Utrecht wonen, is 59% man en 41% vrouw. Twee op de drie statushouders (67%) zijn tussen 15 en 45 jaar oud: 16% is jonger dan 15 jaar en 17% is 45 jaar of ouder. Bijna 1.000 statushouders hebben de Syrische nationaliteit (35%). Utrecht heeft daarnaast veel statushouders met de Eritrese of Afghaanse nationaliteit (respectievelijk 10% en 9%). Meer dan de helft van de statushouders woont in de wijken Overvecht (25%), Zuidwest (16%) en West (14%). In de wijken Binnenstad, Oost, Noordoost, Leidsche Rijn en Vleuten-De Meern wonen aanzienlijk minder statushouders (samen 22%).
Landelijke asielinstroom toegenomen
Cijfers van IND/CBS laten zien dat de asielinstroom naar Nederland de laatste jaren is gestegen. De totale asielinstroom in Nederland betrof vorig jaar 48.500 personen (waarvan 38.400 met een asielaanvraag en 10.100 nareizende gezinsleden), dit zijn er 2.000 meer dan in 2022. In 2021 lag de instroom flink lager: 34.900. In 2020 bleef door internationale reisbeperkingen als gevolg van corona de instroom beperkt tot 17.600 personen. De huidige asielinstroom ligt echter ook aanzienlijk hoger dan in 2018 en 2019, toen dat nog onder 27.000 personen per jaar lag. Net als voorgaande jaren kwam in 2023 veruit het grootste deel van de asielinstroom uit Syrië: 41% van het totaal. Daarna kwamen de meeste asielzoekers uit Turkije, Jemen en Eritrea (elk 5% tot 8%).
Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) is verantwoordelijk voor de opvang van asielzoekers in Nederland. De gemeente ondersteunt het COA met het zoeken naar nieuwe opvangplekken. Begin 2024 heeft Utrecht drie opvanglocaties voor asielzoekers en vluchtelingen en worden daarnaast op twee locaties alleenstaande minderjarige asielzoekers opgevangen.
Op 1 februari 2024 is de Spreidingswet ingegaan. De wet gaat uit van cycli van twee jaar waarin de opgave vastgesteld wordt en opvangplekken gerealiseerd moeten worden. De eerste cyclus loopt van 1 februari 2024 tot 1 februari 2026. De provincie Utrecht heeft een opgave van 8.207 opvangplekken en de gemeente een indicatieve opgave van 1.988 plekken. Deze plekken moeten medio 2025 beschikbaar zijn. Op 1 maart 2024 had de gemeente 1.307 opvangplekken beschikbaar.
Veel vluchtelingen uit Oekraïne
Sinds het begin van de oorlog in Oekraïne kwamen veel Oekraïners naar Nederland. Door de Richtlijn Tijdelijke Bescherming van de Europese Unie hoeven Oekraïners geen asielaanvraag in te dienen om in Nederland te mogen verblijven. Zij vallen dus niet onder de groep statushouders. In 2022 hebben ongeveer 1.800 personen met de Oekraïense nationaliteit zich ingeschreven in de BRP van Utrecht. In 2023 is de instroom teruggelopen tot circa 530. Zowel in 2022 als in 2023 hebben circa 400 personen met de Oekraïense nationaliteit zich uitgeschreven uit Utrecht. De Oekraïense vluchtelingen vallen niet onder de regels van de spreidingswet en worden op aparte locaties opgevangen.
Het dashboard van de gemeentelijke Oekraïnemonitor geeft een actueel overzicht van het aantal Oekraïense vluchtelingen in Utrecht en hun verdeling over opvanglocaties, wijken en leeftijdsklasse. De registratie van Oekraïners is niet 100% dekkend. De groep kenmerkt zich door een grote mobiliteit met in- en uitstroom buiten de regie van de gemeente om. Bovendien is registratie niet verplicht. Een deel van de Oekraïners is niet in beeld, doordat deze mensen eigen onderdak hebben geregeld en zich niet in de BRP hebben geregistreerd. Een ander deel is verhuisd zonder dit door te geven aan de gemeente. Begin 2024 stonden een kleine 1.500 Oekraïense vluchtelingen ingeschreven in de BRP van Utrecht met de nieuwe verblijfstitel 46.
Taakstelling 2023 hoger dan voorgaande jaren
Voor het jaar 2023 kreeg Utrecht de taak om 792 statushouders te huisvesten. Deze taakstelling was aanzienlijk hoger dan in voorgaande jaren. Vanwege de voorstand van 116 gehuisveste personen aan het begin van het jaar, stond Utrecht voor de opgave om in 2023 voor 676 statushouders woonruimte te vinden. Utrecht heeft in dat jaar 434 statushouders kunnen huisvesten. Daarmee begint Utrecht de opgave voor 2024 met een achterstand van 243 te huisvesten statushouders. De taakstelling voor het eerste halfjaar van 2024 is vastgesteld op 384 statushouders. Dit is vergelijkbaar met de taakstelling in het eerste halfjaar van 2023. Met een verrekening van de achterstand staat Utrecht voor de opgave om 627 statushouders te huisvesten in het eerste halfjaar van 2024.
Het Rijk bepaalt de landelijke taakstelling voor het huisvesten van statushouders aan de hand van het te verwachten aantal vluchtelingen dat een verblijfsvergunning ontvangt. Daarna verdeelt het Rijk deze taakstelling evenredig over gemeenten op basis van het aantal inwoners per gemeente. Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) koppelt de statushouders na de asielprocedure aan gemeenten voor huisvesting. De gemeenten moeten vervolgens passende woonruimte bieden. Veel gemeenten worstelen met de verplichte taakstelling vanuit het Rijk. Vanwege een tekort aan sociale huurwoningen is het moeilijk voldoende woonruimte te vinden voor statushouders.
Monitor Inburgering
Begin 2024 is de Monitor Inburgering verschenen die zich specifiek richt op inburgeraars in de gemeente Utrecht. Met de komst van de Wet inburgering 2021 hebben alle gemeenten in Nederland een zwaardere regierol gekregen om nieuwkomers te begeleiden bij hun inburgeringsproces. De monitor richt zich op de twee groepen die in de nieuwe wet zijn bepaald: asielstatushouders en gezinsmigranten. De uitkomsten geven een kleurrijk beeld in welke mate deze groepen zich ‘thuis weten’ in Utrecht. Resultaten uit de inburgeringsmonitor komen in verschillende hoofdstukken van de Utrecht Monitor aan bod en laten grote verschillen tussen de asielstatushouders en andere inburgeraars zien.