Image
Twee vrouwen wandelen met een hond

Zelfredzaamheid

Samenvatting

Kerncijfers
  2018 2019 2020 2021
score zelf-organiserend vermogen* - 7,1 - 7,0
% inwoners dat vanwege gezondheidsproblemen informele hulp ontvangt (van partner/familie, vrienden, buurtbewoners of een vrijwilliger(sorganisatie) - 14 - 13
% inwoners dat niet zelf hulp regelt als dat nodig is - 7 - 8
% inwoners dat intensieve mantelzorg verleent 11 - 9 -
* Zelf-organiserend vermogen is berekend op basis van drie aspecten: of iemand zelf hulp regelt als dat nodig is, vrienden, familie of kennissen om hulp vraagt en zich weet te redden in moeilijke tijden.
Bron: Inwonersenquête, gemeente Utrecht; Gezondheidsmonitor Volwassenen en ouderen, gemeente Utrecht

Zelf-organiserend vermogen stabiel, verschillen zichtbaar binnen de stad

Utrechters scoren gemiddeld een 7,0 voor zelf-organiserend vermogen, vergelijkbaar met 2019. Deze score op een schaal van 1 tot 10 komt tot stand op basis van stellingen of iemand zich weet te redden in moeilijke tijden, zelf hulp regelt als dat nodig is en daarvoor een beroep kan doen op zijn/haar netwerk. Zelf-organiserend vermogen neemt af naarmate mensen ouder worden. Ook Utrechters met basisonderwijs of vmbo als hoogst behaalde opleiding, Utrechters met een lichamelijke of psychische beperking en Utrechters die precies of slecht kunnen leven van hun inkomen scoren hierop lager.

Zelf hulp regelen minder vanzelfsprekend dan voor corona

Gedurende de coronacrisis heeft een verschuiving plaatsgevonden in het gemak waarmee Utrechters zelf hulp regelen en organiseren als dat nodig is. Ten opzichte van 2019 geven minder mensen aan (vrijwel) altijd hulp te regelen (49% in 2021 en 52% in 2019) terwijl meer mensen aangeven dit soms te doen. 8% van de Utrechters regelt en organiseert niet zelf hulp als dat nodig is, dit aandeel is stabiel gebleven ten opzichte van 2019. Utrechters die slecht kunnen leven van hun inkomen en Utrechters met basisonderwijs of vmbo als hoogst behaalde opleiding geven vaker dan gemiddeld aan niet zelf hulp te regelen als dat nodig is.

Geen verandering in ontvangen van informele hulp

In 2021 ontving 13% van de Utrechters informele hulp vanwege gezondheidsproblemen, van bijvoorbeeld partner, familie, vrienden, buurtbewoners of een vrijwilliger(sorganisatie). Dit percentage is vergelijkbaar met 2019. Utrechters die slecht kunnen leven van hun inkomen en Utrechters met basisonderwijs of vmbo als hoogst behaalde opleiding ontvangen twee tot drie keer vaker informele hulp dan gemiddeld in Utrecht. Opvallend is dat deze groepen ook vaker dan gemiddeld aangeven niet zelf hulp te regelen als dat nodig is, zoals beschreven in de vorige alinea. Informele hulp bij gezondheidsproblemen komt daarnaast vaker voor bij ouderen en bij mensen met een lichamelijke of psychische beperking. De meest genoemde vormen van informele hulp zijn hulp in de huishouding, hulp bij het klaarmaken van warme maaltijden en hulp bij het regelen van geldzaken/administratie. Het aandeel Utrechters dat voor deze zaken formele (betaalde) hulp ontvangt ligt lager dan het aandeel dat hiervoor informele hulp ontvangt.

Infogram URL

Evenveel mantelzorgers ondanks coronacrisis

9% van de Utrechters van 18 jaar en ouder verleent intensieve mantelzorg. Zij geven langer dan drie maanden en/of meer dan acht uur per week hulp aan naasten. Het aandeel mantelzorgers is, ondanks de coronacrisis, vergelijkbaar met voorgaande jaren. Maar uit het Utrechtse Bewonerspanel weten we dat bijna alle mantelzorger (93%) problemen hebben ervaren met het geven van mantelzorg als gevolg van de coronacrisis. Utrechters in de leeftijd van 55 t/m 64 jaar geven het vaakst mantelzorg. Van alle mantelzorgers voelt 14% zich belast door de zorg die zij geven.

Utrechters in een kwetsbare situatie in beeld

Tegelijk met de Inwonersenquête 2021 zijn soortgelijke vragen in aangepaste vorm voorgelegd aan het Panel Meetellen in Utrecht. Aan dit panel nemen Utrechters deel in een kwetsbare situatie, bijvoorbeeld vanwege psychische problemen, schulden en dak- of thuisloosheid. Aan de peiling deden 285 panelleden mee. Daarnaast deed Meetellen aanvullend onderzoek via focusgroepen.

Uit het onderzoek van Meetellen blijkt dat bijna een derde van de panelleden ernstig eenzaam en 43% matig eenzaam is. 31% van de panelleden voelde zich in het afgelopen jaar gediscrimineerd. Als redenen voor discriminatie noemen zij het vaakst hun psychische aandoening of ziekte en huidskleur of afkomst. De helft van de panelleden heeft moeite met aanvragen doen of afspraken maken bij organisaties, 30% heeft moeite met het online opzoeken van informatie. 8% van de panelleden voelt zich ook beperkt vanwege de moeite die het kost om internet te gebruiken. Een kwart van de panelleden heeft in de afgelopen twaalf maanden niet meegepraat of meegedacht met de gemeente, maar zou dit wel willen doen.

Aan de panelleden zijn ook vragen voorgelegd over wonen en veiligheid. Gemiddeld geven panelleden hun woning een 7,3. De meeste panelleden (80%) geven hun woning een rapportcijfer 6 of hoger, 29% vindt hun woning slecht onderhouden. Van de panelleden vindt 85% de buurt waarin ze wonen (zeer) prettig. In hun buurt hebben panelleden het vaakst last van rommel en afval op straat, gevaarlijk verkeer en lawaai. Bijna de helft van de panelleden met een eigen woning voelt zich wel eens onveilig in hun eigen buurt, van de dakloze panelleden is dit 43%. 30% van de panelleden zou uit hun buurt verhuizen als dat zou kunnen.

Publicatiedatum: 25-05-2022