Sport- & beweegdeelname
Samenvatting
Twee derde van de Utrechters sport ten minste 1 dag per week. Waar de sportdeelname toeneemt, neemt het aandeel Utrechters dat aan de beweegrichtlijn voldoet af. We zien grote verschillen in sportdeelname in de stad, bijvoorbeeld naar inkomen en opleiding. Meer Utrechters zijn lid van een sportvereniging, daarmee is het terug op het niveau van voor corona.
In het kort
-
Twee derde van de Utrechters sport wekelijks, grote verschillen naar opleiding
-
Utrechters sporten vaker wekelijks dan inwoners van andere grote steden
-
Meer Utrechters lid van sportvereniging, terug op niveau voor corona
-
Minder dan de helft van de Utrechtse jongeren is lichamelijk actief
2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|
% inwoners dat ten minste 1 dag per week sport* | - | 64 | - | 67 | - |
% inwoners dat voldoet aan de beweegrichtlijn* | - | 60 | - | 56 | - |
% inwoners dat lid is van een sportvereniging** | 37 | - | 34 | - | 38 |
Twee derde van de Utrechters sport wekelijks, grote verschillen naar opleiding
In 2022 sport 67% van de Utrechters van 18 jaar en ouder ten minste 1 dag per week. De wekelijkse sportdeelname stijgt sinds 2016. Uit landelijk onderzoek weten we dat sportdeelname sterk samenhangt met opleiding. Het Mulier Instituut heeft onderzoek gedaan om het verschil in deelname naar opleiding te verklaren. Hieruit blijkt onder meer dat de sociale omgeving, en meer specifiek 'sportsocialisatie', een belangrijke factor is. Sportsocialisatie houdt in dat iemand lange tijd spelenderwijs contact heeft met sport en waarin school, vrienden, ouders en partners stimuleren. Ook is in het onderzoek te lezen dat de sportdeelname naar verwachting zal toenemen, maar dat tegelijkertijd ook verschillen tussen groepen met een verschillende opleiding groter zullen worden.
Ook in Utrecht zien we verschillen. Inwoners zonder startkwalificatie en inwoners met een mbo-, havo- of vwo-opleiding sporten minder vaak wekelijks (respectievelijk 31% en 58%) dan mensen met een hbo- of wo-opleiding (76%). Inwoners die geen moeite hebben om rond te komen sporten vaker op wekelijkse basis dan inwoners die moeite hebben met rondkomen (69% versus 56%). Het aandeel wekelijkse sporters ligt lager in de wijken Overvecht (52%), Zuidwest (61%) en Vleuten-De Meern (62%).
Minder Utrechters voldoen aan beweegrichtlijn
Waar de sportdeelname toeneemt, neemt het aandeel Utrechters dat aan de beweegrichtlijn voldoet af. In 2020 voldeed 60% van de Utrechters aan de beweegrichtlijn, in 2022 is dat nog 56%. 65-plussers vallen hierin in positieve zin op: zij bewegen de afgelopen jaren juist steeds vaker voldoende. Landelijk zien we eveneens een daling van het aandeel inwoners dat aan de beweegrichtlijn voldoet. Het RIVM heeft de landelijke daling in de beweegrichtlijn geduid. Voor volwassenen geldt dat mensen met betaald werk en mensen met een hogere opleiding in 2022 minder vaak aan de beweegrichtlijn voldoen vergeleken met 2019. Dit komt voornamelijk doordat ze minder zijn gaan fietsen in hun vrije tijd. Voor mensen met een hogere opleiding geldt dat zij in hun vrije tijd wel meer zijn gaan wandelen.
Utrechters sporten vaker wekelijks dan inwoners van andere grote steden
Utrechters (18+) sporten vaker op wekelijkse basis dan inwoners van de andere G4-steden. Waar 67% van de Utrechters wekelijks sport, ligt dat in Amsterdam (61%), Rotterdam (52%) en Den Haag (54%) lager. Utrechters voldoen even vaak aan de beweegrichtlijn als inwoners van Amsterdam (56%), maar vaker dan Rotterdam en Den Haag.
Meer Utrechters lid van sportvereniging, terug op niveau voor corona
Het aandeel Utrechters dat lid is van een sportvereniging is toegenomen van 34% in 2021 naar 38% in 2023. Hiermee ligt het aandeel weer op het niveau van 2019. Daarnaast sporten inwoners ook ongeorganiseerd, bijvoorbeeld in de openbare ruimte. Het RIVM heeft dit voor een aantal sporten in kaart gebracht voor alle Nederlandse gemeenten. Zo blijkt dat hardlopen en fitness vooral populair zijn in steden. Utrechters van 18 jaar en ouder lopen relatief vaak hard (19%) en doen relatief vaak aan fitness (31%).
85% van de Utrechtse kinderen sport wekelijks
Dat blijkt uit cijfers van de Jeugdmonitor 2021-2022. Het gaat hier om 10 tot 12-jarigen uit groep 7 en 8 van de basisschool die ten minste één keer per week sporten bij een sportvereniging of bij een naschoolse sport- of beweegactiviteit in de buurt of op school. Kinderen zonder migratieachtergrond en kinderen uit gezinnen met een hoge welvaart sporten vaker ten minste één keer per week. Dit komt omdat zij vaker bij een sportvereniging sporten. Ook beweegt 85% van de Utrechtse kinderen minimaal een uur per dag.
Minder dan de helft van de Utrechtse jongeren is lichamelijk actief
Minder dan de helft (45%) van de jongeren beweegt minimaal een uur per dag op vijf of meer dagen per week. Dit blijkt uit de Gezondheidsmonitor Jeugd (2021) onder Utrechtse jongeren van klas 2 en klas 4 van het voortgezet onderwijs. Naast bewegen wordt ook sporten in beeld gebracht: 77% van de Utrechtse jongeren sport minimaal één keer per week bij een sportclub, vereniging of sportschool. Meer cijfers en informatie over het sport- en beweeggedrag van Utrechtse kinderen en jongeren staan op de website van de Volksgezondheidsmonitor.