4. Groene leefomgeving
4.1 Inleiding
We werken aan gezond stedelijk leven in onze stad voor mens en dier. Een groene en klimaatbestendige leefomgeving en een goede kwaliteit van de openbare ruimte zijn essentieel voor het creëren van gezond stedelijk leven. Groen speelt hierbij een cruciale rol, omdat het bijdraagt aan klimaatmitigatie en -adaptatie, biodiversiteit en de gezondheid van zowel mens als dier. In onze visie streven we naar een omgeving met veel en kwalitatief hoogwaardig groen, dat altijd binnen handbereik is en waarin biodiversiteit floreert.
Om dit te bereiken hanteren we het principe 'Groen, tenzij...'. Dit betekent dat we waar mogelijk verharding verwijderen en groen en bomen toevoegen aan de openbare ruimte. Op deze manier houden we een balans tussen verdichting van de stad en behoud van groene ruimtes.
Om deze ambitie te kunnen verwezenlijken in de snelgroeiende gemeente Utrecht, is er sprake van een 'Schaalsprong' voor groen. Dit houdt in dat we de groene infrastructuur willen versterken, meer groen willen creëren in bebouwde gebieden en extra groene ruimtes willen realiseren rondom de stad. Daarnaast richten we ons vooral op het ontwikkelen en verbeteren van groen in groenarme buurten, buurten met gezondheidsachterstanden en wijken waar we groene initiatieven kunnen combineren met geplande vervangingsmaatregelen, zoals in de naoorlogse wijken.
Een veilige, toegankelijke en gezonde openbare ruimte is belangrijk voor de inwoners van Utrecht. Het hebben van groen op loopafstand van huis is dan ook een absolute noodzaak gebleken. Om hieraan tegemoet te komen, hebben we diverse maatregelen genomen. Zo hebben we bijvoorbeeld de groenblauwe structuren versterkt bij het Rondje Stadseiland, verharding verwijderd en meer groen toegevoegd aan de openbare ruimte. Daarnaast hebben we particulieren gestimuleerd om hun eigen terrein groener te maken.
4.2 Openbare ruimte per wijk
Figuur 4.2.1 verdeling openbare ruimte per wijk
De totale oppervlakte van de gemeente Utrecht binnen de gemeentegrenzen is ruim 9.900 hectare. De gemeente Utrecht heeft binnen de gemeentegrenzen 3.391 hectare openbare ruimte in beheer. In dit overzicht is ook het water dat niet in beheer is van de gemeente meegenomen, behalve het Amsterdam-Rijnkanaal. Van deze totale oppervlakte is 42% verharding (1.420 hectare); 37% groen* (1.236 hectare) en 21% water (715 hectare).
Van het stedelijk groen (zonder de landgoederen) is 43% natuurlijk beheerd groen**. Het groen dat we beheren op de landgoederen beslaat een oppervlakte van 97 hectare. Een groot deel daarvan ligt op het grondgebied van de gemeente Bunnik (80 hectare), terwijl de gemeente Utrecht eigenaar is van de landgoederen. Het aantal hectare gemeentelijk groen in de wijk varieert sterk tussen de verschillende Utrechtse wijken. De binnenstad, met de dichte bebouwing, heeft het minste groen (16 hectare). In Vleuten-De Meern (360 hectare), Overvecht (174 hectare) en Leidsche Rijn (198 hectare) is veel groen, maar ook veel hectare verharding en water.
Als het openbaar groen gerelateerd wordt aan het aantal huishoudens is de Binnenstad de minst groene wijk van Utrecht met 11 m2 openbaar groen per huishouden. Vleuten-De Meern is de meest groene wijk met 186 m2 groen per huishouden. Het gemiddelde in Utrecht is 64 m2 groen per huishouden. Door de toename van het aantal huishoudens is dit afgenomen ten opzichte van 2022.
Het totale oppervlak aan water binnen de gemeentegrens van Utrecht is, exclusief het Amsterdam-Rijnkanaal, 715 hectare. In Utrecht is gemiddeld 37 m2 water per huishouden. In Vleuten-De Meern hebben huishoudens de meeste vierkante meters water tot hun beschikking (188 m2). In de wijken Noordwest (5 m2), Binnenstad (11 m2) en Zuidwest (11 m2) is dit het minste. Het totaal van groen in beheer van de gemeente en al het water (behalve het Amsterdam-Rijnkanaal) per huishouden is in 2023 100 m2 per huishouden. Dit is afgenomen: 103 m2 in 2022 en 106 m2 in 2021 en 2020 en 107 m2 in 2019 per huishouden. Het aantal huishoudens is tussen 1-1-23 en 1-1-24 met 3% gestegen. Dit verklaart een afname in het aantal m2 meter openbare groen en water per huishouden. De daling van het groen is een administratieve correctie: 8 hectare in Leidsche Rijn die in ons beheersysteem stond, is dat niet; zonder die correctie zou de groenoppervlakte met 6 hectare gestegen zijn. Het is echter wel een tendens naar beneden en we zien het als een signaal dat we scherp moeten zijn op de koers.
------------
* In dit groen zijn particuliere tuinen en landbouwgrond niet meegenomen. Ook groen dat in beheer is van scholen, sportverenigingen, recreatieschap, Rijkswaterstaat, NS, waterschappen, volkstuinen, etcetera zijn hier niet in opgenomen.
** Het gaat om openbaar groen met hoge natuurwaarden zoals hooilanden, ruigten, stinzeplanten, gras met stinzenbollen en bosplantsoenen.
4.3 Bos en bomen
Figuur 4.3.1 hectare bos en bosplantsoenen in beheer van de gemeente Utrecht
De gemeente Utrecht beheert circa 190 hectare bos en bosplantsoen. De landgoederen Amelisweerd en Rhijnauwen zijn gearceerd weergegeven. De landgoederen zijn van de gemeente Utrecht maar liggen deels op het grond gebied van de gemeente Bunnik.
In 2023 is de gemeente Utrecht verantwoordelijk voor het onderhoud van circa 134.000 gemeentelijke park-, laan- en straatbomen. Daarnaast beheert de gemeente ruim 190 hectare bos en bosplantsoen. Hiervan is bijna 65 hectare bos op de landgoederen waarvan een groot deel, bijna 55 hectare bos buiten de gemeentegrens ligt op het grondgebied van de gemeente Bunnik; (zie ook toelichting bij: 21. Openbare ruimte per wijk)
Naast de park- en straatbomen heeft de gemeente bos en bosplantsoen in beheer. Op deze locaties worden alleen de grotere bomen geregistreerd vooral met oog op de boomveiligheid. Jonge bomen en bomen die verder van de paden af staan worden dus niet geregistreerd. Er zijn daar dus nog veel meer bomen en daarom tellen we daar de oppervlakte van bos en bosplantsoen en dus geen individuele bomen. Het gaat om 192 hectare bos en bosplantsoen. Vorig jaar was dit 190 hectare, maar het betreft een administratieve verbetering van de data, geen daadwerkelijke groei van de oppervlakte.
Er zit tijd tussen het aanplanten van een boom en het opnemen van de boom in het groenbeheersysteem. Dat geldt ook voor een gekapte boom. Als bijlage bij dit rapport vindt u een gedetailleerd verslag van de ontwikkeling van het gemeentelijk bomenbestand per subwijk. Op deze online kaart Bomenbalans 2023 zijn alle park- en straatbomen (inclusief laanbomen op de landgoederen) te zien die door ons worden beheerd. Ook worden de bos en bosplantsoenen op deze kaart getoond.
4.4 Tevredenheid groen
Figuur 4.4.1 Tevredenheid groen en parken (weergave tussen 60% en 80%)
In 2023 is 72% van de Utrechters (zeer) tevreden over het park in de wijk of de buurt. In 2021* was dit 75% wat aangeeft dat de waardering voor het groen in de stad stabiel is. In Vleuten-De Meern (84%) en Oost (84%) zijn inwoners hier het meest tevreden over. Zuidwest heeft het laagste aandeel (58%) tevreden bewoners. In alle wijken is het aandeel (zeer) tevreden bewoners hoger dan in Zuidwest. De tevredenheid over parken schommelt vanaf 2007 tussen de 71% en 74%. Daarnaast is ongeveer twee derde (68%) van de Utrechters (zeer) tevreden over het groen (zoals grasveldjes en bomen) in de buurt. In 2021* was dit ook 68%. Vanaf 2007 schommelt het aandeel (zeer) tevreden Utrechters tussen de 64% en 69%. In Vleuten-De Meern (79%) Overvecht (78%), Zuid (77%), en Oost (77%) zijn bewoners in 2023 het meest tevreden over het groen in hun buurt. In Zuidwest (53%), Binnenstad (56%) en Noordwest (58%) is dit aandeel het laagst. In deze wijken is het aandeel ook gedaald ten opzichte van 2021.
-------------
* Er zijn geen gegevens over 2020 en 2022 omdat de enquête tweejaarlijks is.
4.5 Groene daken
Figuur 4.5.1 groene daken
De druk op openbare ruimte in stedelijk gebied is groot. Met groene daken is het op beperkte oppervlakte mogelijk de leefbaarheid te vergroten. Groene daken leveren op de onderstaande manieren een positieve bijdrage aan de omgeving:
- vermindering en vertraging van regenwaterafvoer;
- reductie van de hittestress;
- kwaliteitsverhoging van de leefomgeving door vergroening;
- energiebesparing (isolatie).
- Biodiversiteit
Sinds 2009 heeft de gemeente Utrecht een subsidie om de aanleg van groene daken te stimuleren. De subsidie geldt voor de aanleg van groene daken op bestaande gebouwen, woningen, woonboten, maatschappelijke vastgoed, schuren en bijgebouwen. In 2023 zijn er 237 subsidieaanvragen voor een groen dak positief beoordeeld. Van de 237 subsidie aanvragen waren er 53 een verzamelaanvraag. Verzamelaanvragen zijn aanvragen met 2 of meer adressen in één subsidieaanvraag. Met de subsidie zijn er 569 adressen voorzien in 2023 van één of meerdere groene daken (bijvoorbeeld de schuur en de aanbouw). In totaal is er meer dan één voetbalveld (6.914 m2 ) aan groene daken aangelegd met de subsidie.
De aanvragen in 2023 betroffen alleen extensieve (sedum) – en biodiverse (kruiden) groene daken. Er is ook een mogelijkheid om subsidie te krijgen voor de aanleg van intensieve groene daken. Deze daken worden ingericht als een volwaardige daktuin dat bestaat uit planten, grassen, stuiken en eventueel bomen. Er zijn geen aanvragen ingediend voor intensief groen dak. Een biodivers groen dak heeft een andere opbouw dan een extensief groen dak. Biodiverse groene daken bestaan hoofdzakelijk uit sedum en kruiden met minimaal 30% aan kruiden en bloemen. Hierdoor ligt het waterbergend vermogen vaak al hoger dan een extensief groen dak. In 2023 was het gemiddelde waterbergend vermogen 32 L/m2. In 2023 waren er 19 aanvragen goedgekeurd voor biodivers dak en 218 voor extensief groen dak. De gemeente verleende in totaal voor 781 m2 aan biodivers groen dak en 6.133 m2 aan extensief groene subsidie.